Hoofdstuk 2
Eenmaal binnen sloop ik naar de keuken. In de hoek stond de grote kast die ik zocht. Na snel even over mijn schouder te hebben gekeken, liep ik naar de kast. De oude kast bevatte veel stoffige dingen die we zelden gebruikten, maar die mijn moeder niet wilde weggooien. Ik vond het maar rotzooi. Behalve wat er op de bovenste plank stond. Een paar flessen met sterke drank. Daarvoor was ik hier. Na nog een keer over mijn schouder te hebben gekeken, trok ik de deur van de kast open. Ik maakte mezelf langer door op mijn tenen te gaan staan, en kon net bij een van de flessen. Het was een oude fles whiskey. Toen hoorde ik voetstappen, en liep snel naar boven.
Ik staarde naar de fles die tussen de rommel op mijn bed stond. Waarom durfde ik het niet? Mijn ouders zouden er echt niet achter komen, ze keken nauwelijks in die kast. 'Lafaard' zei een stemmetje in mijn hoofd. Moest ik het echt doen? 'Je hebt het nodig, je kunt niet zonder leven.. het is net als zuurstof, net als eten en drinken..' Toen werd ik boos. Ik ging verzitten en trok de kurk uit de fles. Even aarzelde ik, maar toen zette ik de fles aan mijn mond en dronk.
De klok gaf half 6 aan toen ik wakker werd. Buiten begon het te schemeren. Ik opende langzaam mijn ogen, en genoot van de heerlijke stilte en de warmte die door mijn lijf heen ging. Bijna was ik opnieuw ingedommeld, maar werd mijn trans gehaald door mijn moeder die naar me riep. 'Liv! Ik heb je nu al weet ik hoeveel keer geroepen! Het eten is klaar'. Snel kwam ik overeind en schoof de fles onder mijn bed. Toen kwam mijn moeder binnenstormen. 'Liv? Gaat het?' Ik knikte en liep snel met haar mee naar beneden.
Al stofzuigend kwam ik bij Liv's kamer aan. Normaal ruimde ze zelf haar kamer op, maar omdat ze zich zo goed had gedragen zou ik het wel voor haar doen. Maar toch was haar gedrag.. vreemd. Ze ging niet meer uit, zelfs niet op vrijdag, en ze maakte geen ruzie meer. Ik ruimde haar bed op en hing kleren terug in haar kast. Toen begon ik met stofzuigen. Terwijl ik onder het bed aan het stofzuigen was, hoorde ik iets. Snel zette ik de stofzuiger uit en bukte me zodat ik onder het bed kon kijken. Flessen. Lege flessen, waarin ooit sterke drank had gezeten. In een flits zag ik de kast in de keuken voor me.
'Waarom Liv? Waarom?' fluisterde ik. Een van de lege flessen lag in mijn handen. Daarom was ze niet meer uitgegaan. Ze had wat ze wilde dichter bij huis gevonden. Mijn eigen dochter, een alcoholiste. Nee, dat mocht niet. Ook al hadden we vaak ruzie, ik hield van haar. Een paar tranen druppelden op de fles. Nee, ik ging dit niet laten gebeuren. Ik pakte alle flessen en gooide ze beneden weg. Daarna liep ik naar de woonkamer.
'Met kliniek Simstra, u spreekt met Roos Compton'. Ik slikte. 'Met Faith Shadows, ik wil graag een afspraak maken'. 'Mmm.. Uiteraard. Voor uzelf?' 'Nee, voor.. voor mijn dochter..' 'Mag ik vragen met welke reden?' 'Ze.. Ik denk dat ze een alcoholiste is'. 'Hoe oud is ze?' '17, binnenkort 18'. 'Goed, u wordt morgen rond half 3 verwacht'.